Zeer
groot brand grondstoffenmagazijn 22/23-8-2003.
|
|
Bron:25-8-2003
Reformatorisch Dagblad
Twentekanaal zwaar
vervuild na brand Enschede
ENSCHEDE (ANP)
- Door de hevige brand bij bandenfabrikant Vredestein in
Enschede is het Twentekanaal zwaar verontreinigd. Dat is
gisteren gebleken uit monsters die eerder door
Rijkswaterstaat waren genomen. Met het vele bluswater
zijn giftige stoffen vanaf het fabrieksterrein in het
kanaal te rechtgekomen.
De
verontreiniging heeft zich, ondanks maatregelen van
Rijks waterstaat, inmiddels verspreid over een groter
gebied van het Twentekanaal (bovenstrooms van de sluis
bij Hengelo). De instantie raadt dan ook iedereen ten
sterkste af water uit het kanaal te halen, of erin te
gaan zwemmen of vissen. Om verdere verspreiding van de
vervuiling te voorkomen, blijft de sluis bij Hengelo
gesloten. Daardoor is er voor nog onbepaalde tijd geen
scheepvaartverkeer mogelijk.
De brand
brak vrijdagavond rond 20.45 uur uit in het
grondstoffenmagazijn van de fabriek. De brandweer van de
nabijgelegen luchthaven Twente trok een schuimgordijn op
om te voorkomen dat het vuur naar de productiehal zou
overslaan. Enkele honderden personeelsleden van
Vredestein werden geëvacueerd. Volgens brandweer en
politie is dat aan de hand van gereedliggende
draaiboeken ,,probleemloos verlopen.” Een brandweerman
liep lichte brandwonden op. Direct na de brand plaatste
Rijkswaterstaat schermen in het Twentekanaal om te
voorkomen dat het vuil, waaronder naast verontreinigde
stoffen ook getold rubber en olie, zich niet verder kon
verspreiden. Waterbedrijf Vitens stopte meteen na het
uitbreken van de brand met het innemen van water uit het
kanaal. De drinkwatervoorziening voor Enschede komt
volgens Rijkswaterstaat voorlopig niet in gevaar. Ook
het waterschap Regge en Dinkel onttrekt geen water meer
uit het kanaal. Rijkswaterstaat hoopt dat het
Twentekanaal binnen nu en zes weken weer schoon is.
Zaterdag
werd bekend dat de roet die door de brand neerkwam in de
Enschedese wijk Twekkelerveld niet schadelijk is voor de
volksgezondheid en dat de hoeveelheid roetneerslag
meeviel. De gemeente verzocht eerder bewoners in de wijk
dringend geen groente en fruit uit de moestuin te eten
en kinderen niet in zandbakken te laten spelen. De GGD
en de gemeente adviseerden vrijdagavond de circa 5000
bewoners van Twekkelerveld al deuren en ramen dicht te
houden.
Over de
oorzaak van de brand is nog niets bekend. De directie
begon vandaag het overleg met verzekeraars over de
schade. Directeur J. Mos kon gisteren nog geen schatting
van de geleden schade doen.
De
bedrijfsbrandweer hield gisteravond de asresten van het
500 vierkante meter grote magazijn nog vochtig. De
synthetische rubbers die er lagen opgeslagen zijn nog
verhit.
Volgens Mos
zijn er geen zichtbaar smeulende resten meer. “Niettemin
willen we voorkomen dat er resten van stoffen in de
lucht komen”, zei hij.
De
bedrijfsbrandweer blijft in elk geval de komende 24 uur
paraat. Mos verwacht dat Vredestein in de loop van de
week weer volledig in bedrijf zal zijn.
|
Foto's
hierover vind U onder de knop Foto's 2003 Brand grondstoffen
magazijn.
Alarm voor de 830
Vredestein
(Door Pleun
Pasman, brandweer Enschede)
“Pleun, kom eens gauw!Snel kom ik van de wc af
en struikel, met de broek op mijn enkels, richting het balkon waar
Kirsten staat te kijken naar brandweerwagens die met gillende
sirenes aan komen rijden. He, dat is de 644, de beroepsploeg van
Post Zuid.zeg ik.
”Ja maar wat is dat andere ding dan?vraagt Kirsten wijzend op een
containervoertuig. "Dat zijn de dompelpompen" leg ik uit.
Ondertussen heb ik mijn broek aan, dat loopt gelijk ook een stukje
beter. Kirsten is naar de huiskamer gelopen en heeft mijn pieper op
“uitluisteren” gezet zodat we kunnen meeluisteren wat er aan de hand
is. "Grote brand bij Vredestein Banden" hoor ik de centralist zeggen.
Kirsten kijkt me met grote ogen aan.
“Nou, dan zal ik maar gauw even een soepje voor je klaarmaken, want
volgens mij gaat je pieper straks af”
Om het zekere voor het onzekere te nemen trek ik gauw even mijn
joggingbroek aan. Dan rinkelt mijn mobiele telefoon. Het is Frank,
een collega.
“He Pleun, wat is er toch allemaal aan de hand?” Ik vertel hem dat
ik net de scanner aan heb gezet, en dat er een grote brand bij
Vredestein is. “Hou je me even op de hoogte?” vraagt Frank. "Ja, dat
is goed" antwoord ik. Als ik ophang heeft Kirsten net het kopje soep
klaargemaakt en ik val aan. Ik heb nog maar net twee lepels naar
binnen gewerkt als de scanner begint te kraken. Boekelo en Hengelo
worden opgeroepen evenals het groot watertransport uit Hengelo. Ik
bel Frank nog een keer. Op dat moment gaat de pieper inderdaad af...
Foto's
G.J. Kappert
In drie stappen ben ik bij de voordeur en sprint
naar mijn auto...”Je soep!” hoor ik Kirsten nog net roepen.
Zo snel mogelijk rijd ik naar post Zuid (Uiteraard wel de
verkeersregels in acht nemend) Op de post is Frank al bezig om zijn
pak aan te trekken. Zijn gezichtsuitdrukking is behoorlijk ernstig.
“Pleun, doe kalm aan en blijf bij één van ons, het is goed mis”.
Deze waarschuwing laat ik niet aan mij voorbij gaan, want in mijn
enthousiasme wil ik nog wel eens twee dingen tegelijk doen, even een
pas op de plaats dus! Aart, Ronnie en Roy zijn ondertussen ook
aangekomen. “Is Martin er al?” vraagt Aart, “Nee hij is onderweg, ik
had hem net nog aan de telefoon.” zegt Frank. Ronnie heeft
ondertussen de tankautospuit, de 643, al buiten gezet en gaat zelf
achterin zitten. Henk is namelijk aangekomen en die wil de taak van
chauffeur/pompbediener wel op zich nemen... De 643 is al een oud
beestje, we hebben hem tijdelijk even in gebruik, omdat onze eigen
tankautospuit op oefening naar Zweden is. We rijden dus met oude
nostalgie! Deze wagen heeft ook zo’n akelig trapje, wanneer je de
deur opentrekt klapt dat ding naar buiten. Ik ben daar eens op
pijnlijke wijze achter gekomen toen ik hem op mijn knie kreeg!
De manschappencabine van de tankautospuit is al snel gevuld. Ik zit
achterin met Ronnie, Roy, Frank en Anske.
Henk vraagt waar onze bevelvoerder blijft. Op dat moment komt Martin
net aanrijden. Binnen enkele seconden zit ook hij in de wagen en
rukken we uit. "Oké jongens, eerst jullie spullen goed in orde maken,
het is nog even een eindje. Ik neem contact op met de alarmcentrale
en dan hoor je straks van mij wat we gaan doen" zegt Martin.
Onderweg kijken we elkaar vol spanning aan.
Wat zou er aan de hand zijn? Hoe groot is de brand? Zijn er
slachtoffers? Hoe dichter we bij de brand komen des te meer de
spanning stijgt...
“Kijk daar, ik zie hem al!" zegt Anske. We kijken waar ze naartoe
wijst. Een grote gitzwarte rookwolk hangt boven het
Vredesteincomplex. Al snel worden ook grote vlammen zichtbaar. We
hebben ondertussen allemaal ademlucht omgehangen.
Dan rijden we het Vredesteinterrein op. Nu zien we
pas goed wat er aan de hand is. Grote vlammen slaan uit een grote
opslagloods die volledig “in de hens” staat. Grote zwarte wolken
drijven boven de loods weg. Martin is ondertussen uitgestapt en
voert overleg met diverse officieren. Ook zie ik verschillende
andere ploegen aan het werk, waaronder de
Vredestein-bedrijfsbrandweer.
Martin komt terug met een opdracht. “De crashtenders van de
vliegbasis zijn onderweg en die gaan wij zo meteen voeden"
We rijden naar de achterkant zodat we kunnen afleggen op het kanaal.”
Martin controleert nog even of we de porto’s op het juiste kanaal
hebben staan. “Jongens jullie kunnen je ademlucht wel afhangen.” We
rijden terug om het gebouw heen en zien plotseling iemand midden op
de weg naar ons staan zwaaien. “Henk stop even Remco staat daar.”
roept Frank. En inderdaad, daar staat Remco in zijn uitrukpak wild
naar ons te zwaaien. “Waar kom jij vandaan?” vragen we. “Ik had een
bruiloft, maar het was erg saai, en dit wil ik niet missen". Een
daverend gelach is het gevolg.
Foto's
G.J. Kappert
Van de alarmcentrale krijgen we intussen te horen
dat ze de alarmsirenes af laten gaan in verband met gevaarlijke
stoffen die vrijkomen (achteraf bleek dit gelukkig mee te vallen).
Frank is druk bezig de vrouwen en vriendinnen op te bellen om te
vertellen dat ze thuis moeten blijven en ramen en deuren gesloten
houden.
“Jongens ,we zijn er.” roept Martin boven het geraas van de motor
uit. “We gaan afleggen op open water. Samen met Frank stap ik uit en
wacht even totdat Henk de wagen goed bij het kanaal heeft staan.
Plotseling word ik op mijn schouder getikt.
“Jongens kan ik bij mijn boot, wat gaat er gebeuren?” De geschrokken
eigenaar van het vaartuig staat naast me, ik neem hem mee naar
achteren en leg hem uit dat hij niet te dicht bij de rook moet gaan
staan. Daarna verwijs ik hem naar Martin. Deze geeft de geschrokken
woonboot eigenaar tekst en uitleg. Ondertussen hebben Ronnie en Roy
twee grote zuigslangen van de wagen gehaald en nemen die mee
richting het kanaal. Ik doe samen met Aart hetzelfde. Henk brengt de
pomp onder druk en Remco, Anske en Frank slangen aan het uitleggen
om de crashtenders te voedden.
Als we klaar zijn met alles
uit te rollen en aan te koppelen gaat het mis. De pomp weigert
dienst! “Hij zuigt niet aan!” geeft Henk aan Martin door.
Deze komt erbij en inspecteert het zaakje opnieuw. Koortsachtig
proberen we de pomp aan de gang te krijgen. Robbie, een beroeps van
de hoofdpost die deze dienst is ingedeeld als chauffeur van de
ladderwagen komt poolshoogte nemen... “Waar blijft dat water, ik sta
al de hele tijd te wachten en de crashtenders moeten ook gevoed
worden!”
"Die rotpomp doet het niet" leggen we uit. "Hij zuigt niet aan". Als
ook Robbie het na een tijdje niet is gelukt om de pomp te repareren
besluiten we om onze wagen te wisselen met die van Boekelo omdat die
het wel doet.
Omdat ons voertuig het niet doet gaan we elders helpen. Een
dompelpomp moet te water worden gelaten. We pakken de pomp op en
spreken af tot drie te tellen en de pomp in het water te gooien. In
mijn enthousiasme doe ik een stapje teveel, waardoor ik naast het
vlondertje stap en ook deels in het kanaal verdwijn, gelukkig alleen
mijn rechterbeen. Een daverend gelach is het gevolg. "Dat moet mij
weer overkomen!" Terwijl ik mijn laars leeg laat lopen en mijn sok
uitwring kijken mijn collega’s mij lachend aan. “Hahaha, je bent
niet alleen nat achter je oren, maar nu ook aan je benen, hahaha.”.
Grrrpffff. Als iedereen is uitgelachen is het weer tijd voor actie.
We hebben die avond nog vele hand en spandiensten verricht, zonder
voertuig!
Verder die avond hebben we
met zijn allen staan kijken naar het schouwspel van die machtige
wagens van de vliegbasis die druk bezig waren om de vuurzee te
bedwingen. Later zou blijken dat zelfs dat niet genoeg was en dat de
brand geblust moest gaan worden met zand. Na acht uur werden wij dan
ook afgelost door een nieuwe ploeg, die de klus voor ons verder zou
klaren. De volgende dag zijn we nog eenmaal terug gekomen om de
slangen slangen op te ruimen en schoon te maken.
Eén ding is zeker, over deze
brand werd nog lang nagepraat. Het was mijn eerste grote brand en
een geweldig schouwspel om te zien. Alleen jammer dat ons oude
wagentje het opgaf...
|